Als je op zoek gaat naar de definitie van een haiku, dan kom je al snel tot de conclusie dat een haiku een kort, niet rijmend gedicht is dat uit drie regels bestaat en totaal zeventien lettergrepen heeft. De eerste en de laatste regel hebben elk vijf lettergrepen en de middelste regel heeft er zeven.
Een uitzondering op deze regel is de stafrijm, ofwel de alliteratie. Alliteratie is een vorm van rijm waarbij de beginmedeklinkers van twee of meer beklemtoonde lettergrepen of woorden binnen een zin of gedicht aan elkaar gelijk zijn. De Vlaamse dichter Guido Gezelle beschreef de stafrijm ooit op toepasselijke wijze: 'Stafrijmen zijn stapstenen waarop men steunt met de stemme.'
Juist omdat de klank bij een haiku zo belangrijk is, wordt de stafrijm bij deze dichtvorm regelmatig toegepast. In mijn verkorte haiku over de ijsvogel heb ik zowel op de tweede als op de derde regel het principe van de stafrijm toegepast.
een ijsvogel
vangt vliegend vis –
'n koud kunstje
Als je de haiku hardop uitspreekt zal het je waarschijnlijk opvallen dat het woord 'ijsvogel' uit de eerste regel ook allitereert met de drie woorden uit de middelste regel.
Een belangrijk kenmerk van een haiku is dat hij eenvoud moet uitstralen. Het is dan ook van wezenlijk belang om subtiel met de toepassing van alliteratie om te springen.
Ron de Haas